Het lichaam dient te worden beschouwd als één biologische eenheid, zowel in gezondheid als in ziekte. Het menselijk lichaam reageert en functioneert in alle omstandigheden, goed of slecht, steeds als één geheel.
Wanneer ergens in het lichaam de functie niet meer optimaal is, door wat voor oorzaak dan ook, kan dit vroeg of laat leiden tot aanpassingen of problemen heel ergens anders in het lichaam.
Belangrijk daarbij is de factor tijd; soms kan het zelfs jaren van aanpassing en compensatie duren voordat “iets” tot “iets anders” aanleiding geeft. Aanpassing of compenseren is een vermogen dat begrensd aanwezig is en mede bepaald wordt door het algeheel functioneren. Het kan dus lang duren voordat er na bijvoorbeeld een val of operatie bepaalde klachten optreden. Voortdurende stress door werk en/of omgeving is mede bepalend.
Klachten ontstaan pas wanneer het compensatievermogen “uitgeput” raakt. Gevolg daarvan kan bijvoorbeeld zijn dat pijnklachten op een héél andere plaats in het lichaam naar voren komen dan waar de “oorsprong” van het probleem in feite is gelegen. Daarom gaat osteopathie steeds uit van het geheel, zowel in onderzoek als behandelen.
Ieder lichaam verkeert ook voortdurend in wisselwerking met zijn omgeving. Zo simpel en logisch dat daar helaas vaak aan voorbij wordt gegaan.
Beschouw het lichaam als de kleinst mogelijke deelbare functionele eenheid…
Deze filosofische gedachtegang vormt mede de basis van osteopathie.